Menu 015 55 00 31 Opzegcalculator Inloggen
Home Nieuws Coronavirus : wat met niet nageleefde handelscontracten ?

Coronavirus : wat met niet nageleefde handelscontracten ? (23/03/2020)

De crisismaatregelen hebben  verregaande gevolgen voor de uitvoering  van bestaande handelscontracten.

Leveringen worden uitgesteld, stocks kunnen niet meer aangevuld worden,  winkels dienen te sluiten, evenenementen worden afgelast, bouwwerkzaamheden worden stopgezet, etc. 

Bijgevolg kunnen bepaalde contractuele verbintenissen hierdoor niet meer worden uitgevoerd. Wanneer de verbintenissen tijdelijk niet meer kunnen worden uitgevoerd, kunnen deze worden opgeschort (alsook de wederkerige verbintenissen van de medecontractant).

In het geval de verbintenis definitief onmogelijk wordt, dan zal het contract worden beëindigd en zijn partijen ontheven van hun verbintenissen. 

Vraag is in welke mate het Coronavirus ingeroepen kan worden als overmacht door een  contractspartij die haar verbintenis niet (tijdig) nakomt.

Voorwaarden van overmacht toegepast op het Coronavirus

1. Onvoorzienbare gebeurtenis:

Het uitgangspunt van deze voorwaarde is dat de situatie niet redelijkerwijze voorzienbaar was op het moment van het sluiten van de overeenkomst. 

Het valt te verwachten dat de uitbraak van het Coronavirus beschouwd zal worden als onvoorzienbaar in het kader van contracten die ontstaan zijn voor de uitbraak. Voor contracten die ontstaan zijn sinds de uitbraak, zal het Coronavirus waarschijnlijk niet meer als een onvoorzienbare gebeurtenis worden beschouwd. 

2. Ontoerekenbare gebeurentenis. 

De gebeurtenis mag niet toerekenbaar zijn aan de contractspartij die de overmacht inroept. 

De uitbraak van het Coronavirus zal ook aan deze voorwaarde voldoen, tenzij in specifieke gevallen waarbij een onderneming bijkomende restricties opgelegd krijgt van de overheid wegens het niet-naleven van voorgaande bepaalde maatregelen. 

3. Absolute onmogelijkheid contract uit te voeren: 

Op basis van criteria van redelijkheid en menselijkheid moet de gebeurtenis de uitvoering van het contract onmogelijk maken. Dat de uitvoering van het contract moeilijker is geworden, is dus niet voldoende voor overmacht. 

In verband met de uitbraak van het Coronavirus zal steeds concreet nagegaan moeten worden of aan deze voorwaarde is voldaan.

Een eventorganisatie zal bijvoorbeeld in de absolute onmogelijkheid verkeren zijn verbintenissen verder uit te voeren gelet op de maatregelen van de overheid.

Anderzijds zal het Coronavirus niet als overmacht kunnen worden ingeroepen om betalingsverbintenissen op te schorten (bijvoorbeeld bij betaling van een handelshuur). 

Besluit

Gelet op de aard van het virus en de daaruit voortvloeiende uitzonderlijke maatregelen van de overheid, kan worden verwacht dat contractspartijen zich vaak op overmacht zullen kunnen beroepen om een contract stop te zetten of hun verbintenissen op te schorten.

Belangrijk is dat de contractspartij hierbij kan aantonen zich steeds redelijk en voorzichtig te hebben gedragen sinds de uitbraak van het virus waarbij alle maatregelen van de overheid zijn opgevolgd.

Ook zal steeds moeten worden nagegaan of er eventueel overmachtsclausules zijn opgenomen in het contract. 

 

 


 

Bericht geplaatst door Cédric Haezebrouck op 23/03/2020.

Graag op de hoogte blijven en 
uitnodigingen voor onze infosessies ontvangen?

Schrijf in voor onze nieuwsbrief