Bijkomende beroepstermijn na veroordeling politierechtbank-strafrechter (28/03/2023)

Na een strafrechtelijke veroordeling door de politierechtbank of correctionele rechtbank beschikken de betrokkenen over een beroepstermijn van 30 dagen. 

De procureur en het slachtoffer dat zich burgerlijke partij heeft gesteld, beschikten echter als enigen over een bijkomende termijn van 10 dagen om een zogenaamd volgberoep aan te tekenen, enkel in geval de beklaagde (binnen de oorspronkelijke 30 dagen) beroep had aangetekend. 

Omgekeerd was dit niet het geval: de beklaagde en de burgerrechtelijk aansprakelijke partij beschikten niet over dergelijke bijkomende termijn wanneer de procureur beroep had aangetekend (bijvoorbeeld omdat deze een zwaardere straf wenst). 

Deze ongelijkheid werd nu grotendeels weggewerkt door de wet  van 6 december 2022 om justitie menselijker, sneller en straffer te maken IIbis. 

Sinds 31 december 2022 voorziet artikel 203 §2, tweede lid Sv. nu ook in deze bijkomende termijn voor volgberoep voor de beklaagde of de burgerrechtelijk aansprakelijke partij. 

Deze bijkomende termijn bestaat  énkel om te reageren op een hoger beroep dat het openbaar ministerie heeft ingesteld. Er is dus nog steeds geen bijkomende termijn na hoger beroep van de burgerlijke partij. 

Ook geldt nu standaard de beroepstermijn "30+10" voor de berekening van de beroepstermijn van navolgend beroep. 

Wordt u geconfronteerd met een uitspraak van de politierechtbank of de correctionele rechtbank waartegen u hoger beroep wenst aan te tekenen, dan kan u steeds de specialisten verkeersrecht en strafrecht van LM&DS contacteren om na te gaan wat de mogelijkheden zijn. 

Bericht geplaatst door Sofie Dezittere, Yves Mertens op 28/03/2023.