Wijziging van de wettelijke opzegtermijnen bij ontslag (30/06/2023)

Sinds de wet op het eenheidsstatuut worden de opzegtermijnen voor arbeidsovereenkomsten van vóór 2014 in twee stappen berekend : 

• In een eerste stap wordt de opzegtermijn berekend op basis van de anciënniteit, het loon en het statuut van de werknemer op 31 december 2013.
•  Het tweede deel van de opzegtermijn bestaat uit de 'nieuwe' wettelijke opzegtermijnen, berekend met een anciënniteit vanaf 1 januari 2014.

De optelling van deze twee termijnen levert de totale opzegtermijn op.

Deze regeling wijzigt nu op 2 punten, vanaf 28 oktober 2023. 

1. Ontslag door de werknemer

In geval van ontslagname door de werknemer wordt op vandaag de (opgetelde) opzegtermijn begrensd op 13 weken, uitgezonderd voor de bedienden die op 31 december 2013 een hoger loon genoten. 

Voor deze hogere bedienden die eind 2013 een brutojaarloon hadden van meer dan 32.254,00 euro, kon het maximum oplopen tot 4,5 maanden.

Voor de hoogste bedienden, die een brutojaarloon hadden van meer dan 64.508,00 euro kon dit zelfs oplopen tot 6 maanden. 

Met deze uitzondering wordt nu komaf gemaakt. 

De maximale opzegtermijn bij ontslagname door werknemers is vanaf 28 oktober voor iedereen 13 weken. 

2. Wijziging bij ontslag van een hogere bediende door de werkgever 

Tot 31 december 2013 voorzag de wet dat de opzegtermijn die voor een hogere bediende in acht moest worden genomen, moest vastgesteld worden in een overeenkomst tussen werkgever en werknemer of, bij gebreke daaraan, door de rechter. 

Op dit punt bestond er dan ook rechtsonzekerheid wat leidde tot verschillen tussen de opzegtermijnen toegekend door rechtbanken, maar vaak ook tot toepassing van de zogenaamde 'formule Claeys'. 

De wet op het eenheidsstatuut maakte komaf met deze onzekerheid en voorzag dat voor de periode tot en met 2013 ten aanzien van de hogere bedienden voortaan een opzegtermijn diende verrekend te worden van 1 maand per begonnen anciënniteitsjaar met een minimum van drie maanden. 

Verrassend genoeg wordt deze duidelijke berekeningswijze voor het eerste deel van de samengestelde opzegtermijn door de wetgever nu geschrapt. 

Vanaf 28 oktober 2023 zal er dan opnieuw geen vaststaande wettelijke termijn voorzien zijn om de opzegtermijn van een hogere bediende, die betrekking heeft op de anciënniteit opgebouwd tot en met 31 december 2013, te berekenen.

Als dit zo blijft dan wordt de formule Claeys vanaf 28 oktober 2023 nieuw leven in geblazen, althans voor werknemers met een langere anciënniteit. 

Wil u ondertussen de opzegtermijn of opzegvergoeding kennen waarmee u nu rekening moet houden, gebruik dan onze opzegcalculator. 

Bericht geplaatst door Veerle Stroobants & Sven Mertens advocaten op 30/06/2023.