Premie : verworven recht of vrijgevigheid ? (27/01/2021)

Werknemers worden vaak extra beloond met premies of boni.

Wanneer dit herhaaldelijk gebeurt,  levert dit wel eens stof tot dicussie op.

Met name wanneer dit voordeel plots niet meer wordt toegekend of n.a.v. een ontslag.

De werknemer ziet dit als een verworven onderdeel van zijn loonpakket, terwijl de werkgever er anders over denkt. 

Indien er een C.A.O., een schriftelijke toezegging of individuele overeenkomst bestaat zal deze meestal het antwoord bevatten, vaak staat er echter niets op papier.  

De werknemer zal toch een verworven recht op de vergoeding kunnen laten gelden, wanneer hij aantoont dat de toekenning ervan een gebruik is in de onderneming.

Hiervoor moeten drie voorwaarden vervuld zijn  (cfr. Arbrb. Luik, 7.12.2020, AR 19/3.129/A):

• vastheid: De toegekende bedragen mogen niet louter afhankelijk zijn van de wil van de werkgever, maar mathematich vast staan of logisch zijn.
• algemeenheid: de toekening gebeurde aan alle werknemers van de onderneming of van een bepaalde categorie.  
• voortdurend: de toekenning gebeurde onondebroken gedurende een voldoende lange periode.

Wanneer de schriftelijke arbeidsovereenkomst echter een vrijgevigheidsbeding bevat, verhindert dit dat de premie het statuut 'gebruik' kan krijgen.

Dergelijk beding voorziet klassiek dat eventuele voordelen, premies, bonussen e.d. die niet als verloningsonderdeel vermeld worden in de arbeidsovereenkomst, slechts vrijgevigheden zullen zijn en geen rechten voor de toekomst creëren.

De werkgever die geen discussies wenst over de vraag of eerder toegekende premies en beloningen  zijn werknemers ook in de toekomst rechten opleveren, maakt dit best meteen duidelijk door dergelijk beding op te nemen in de arbeidsovereenkomst.

Bericht geplaatst door Sven Mertens & Veerle Stroobants, advocaten op 27/01/2021.